Welke Belg kan zeggen dat hij ene Tadej Pogacar al op sleeptouw nam? Tim Wellens… en sinds kort ook diens vader Leo (65). In aanloop naar de Ronde van Lombardije doet pa Wellens – ook een ex-coureur – het verhaal van die zomerdag op de brommer in Monaco. “Voor Tadej is zo’n training niet even zwaar als voor anderen.”

Geen Tim Wellens aan de start van de Ronde van Lombardije zaterdag. De Limburger reed dit jaar al 25 koersdagen in dienst van Tadej Pogacar, maar sluit volgende week zijn seizoen af in de Ronde van Guangxi. “Hij heeft deze week nog tegen mijn vrouw gezegd dat het beste er stilaan af is”, zegt papa Leo Wellens. “Maar hij gaat wel nog gemotiveerd naar China, want ooit won hij die rittenkoers (in 2017, red.). En hij vindt die reis op zich al een ervaring.”

Hoe dan ook kan Wellens alweer terugblikken op een geslaagd seizoen. “Voor Tim was de Tour winnen met Tadej een van de hoogtepunten uit z’n carrière”, aldus vader Leo. Zelf won Wellens dit jaar het BK tijdrijden, de tijdrit in de Ronde van Polen en de Renewi Tour. En in het klassieke voorjaar stapelde hij de ereplaatsen op.

(lees verder onder foto)

Het zit in de familie: naast Leo waren ook Johan en Paul, de nonkels van Tim, profwielrenners. In 1981 reden de drie gebroeders zelfs samen, voor dezelfde ploeg, de Tour de France uit. “Ik was toen neoprof, stond samen met twee broers aan de start en de eerste rit passeerde langs ons ouderlijk huis… Dat was uniek. Tim is wellicht de beste coureur van de familie, hoewel mijn oudste broer Paul toch twee keer in de top tien van de Tour geëindigd is en twee ritzeges pakte. Paul was echt een ronderenner, Tim is meer een allrounder. Minder klimmer, maar meer winnaar dan zijn nonkel.”

(lees verder onder foto)

Nog meer winnaar dan Tim is natuurlijk Tadej. De ploegmaat van Wellens bij UAE zit inmiddels al aan 24 (!) overwinningen dit seizoen, met afgelopen zomer de Tour de France en tien dagen geleden nog het WK in Zürich als orgelpunten. Straks kan hij ook nog voor de vierde (!) keer winnen in Lombardije. Leo Wellens had het voorrecht om eind augustus deel uit te maken van een training in Monaco.

“We waren daar toevallig op verlengd weekend voor de doop van Tim’s zoontje van wie ik peter ben. Op voorhand had hij al gevraagd of ik ’s zondags met de brommer kon meerijden. Zo’n training heeft altijd meerwaarde, want de manier waarop Tim nu traint is anders dan vroeger (nu meer duurtrainingen, red.). Als je altijd een ‘stijf’ tempo rijdt op training, dan bot je snelheid wat af.”

Daarom kruipt ook de vrouw van Wellens soms op de brommer in Monaco. “Maar de dag voordien zei hij opeens dat Pogacar en Matej Mohoric ook mee zouden gaan. Dat bezorgde mij wel wat stress, (lacht) maar het is goed meegevallen.”

Ploegentijdrit achter de brommer

Zo kreeg Leo plots drie profwielrenners achter zich. “Ze reden een soort van ploegentijdrit. Om de 200 à 300 meter wisselden ze van positie. Heel lastig, want degene die in tweede en derde positie zitten vangen toch meer wind. We deden een lange beklimming, die iets meer dan vals plat is aan 30 à 35 per uur. Plots zag ik dat Mohoric er niet meer bij was. Tim bleef dan achter mij met Pogacar in zijn wiel. Bijna aan de top zei Tim: ‘nu à bloc tot boven’. Ik versnelde tot 40 à 45 kilometer per uur en na zo’n 500 meter moest ook Tim lossen. Ik hield even in, Pogacar sloot aan en ik nam hem mee naar de top.”

De trainingsgegevens van Pogi uitgeplozen: op het laatste stuk van 20 kilometer tussen Fontan en Tenda ging het gemiddeld 3,7 procent omhoog. Pogacar klokte af op iets meer dan 36 minuten aan een gemiddelde snelheid van 32,9 kilometer per uur. Hij verbeterde de beste Strava-tijd ooit op die klim met meer dan veertien minuten. In totaal trainde Pogacar die dag trouwens dik 180 kilometer, waarvan zo’n 50 achter de brommer. Mohoric hield het bij 150 kilometer, Wellens bij 120.

Leo was onder de indruk. “Je ziet toch dat hij een klasse apart is. Voor Tadej is zo’n training niet even zwaar als voor iemand anders. Volgens mij rijdt hij in koers ook altijd met overschot rond, anders kan je in de finale niet zulke demarrages plaatsen waar andere renners bijna stilstaan.” Ook de mens Pogacar liet een goeie indruk na. “Toen ze afdraaiden zeiden ze nog tegen Tim dat ze mij moesten bedanken dat ik dat wilde doen. Ik denk dat er weinig mensen zijn die Tadej niet kunnen uitstaan. Je ziet dat hij goed opgevoed is. Hij is vriendelijk en heeft totaal geen dikke nek.”

Achteraf verscheen er een foto van Pogacar met pa Wellens op sociale media. “Dat was boven op die klim, Tim heeft die genomen toen hij bij ons aankwam.” En dankzij die foto verschijnt nu ook dit interview.